China 2001

In 2001 beginnen we aan een reis van ruim 6 maanden door Rusland, Mongolië, China, Australië, Indonesië, Maleisië, Singapore, Thailand en Laos.

Hieronder het verslag van de reis door China.

In bad in Beijing 

Het is zalig om na de treinreis en het verblijf in Mongolië weer even in een hotel te logeren. We nemen een heerlijk lang bad om al het Trans Siberische en Mongolische vuil van ons af te weken, want we kwamen maar niet van die paardenlucht af. Onze kleding wordt in hetzelfde bad ook grondig gewassen: we kunnen nu eindelijk weer eens een echt schone onderbroek aan. We logeren in een typisch Chinees business hotel, maar wel een met een gunstige ligging: de metro halte is letterlijk voor de deur en vanaf daar is twee haltes naar het plein van de Hemelse Vrede. We brengen de eerste avond op het plein door. Het is heel lekker zwoel weer ’s en veel Chinezen laten hun vliegers op of zitten op de rand van het grasveldje gezellig te keuvelen.

Twee jaar geleden waren we voor het eerst in China en begon onze reis ook in Beijing, we hebben toen veel bekeken. We zijn naar de Chinese muur geweest, hebben de Verboden Stad ontdekt, het zomerpaleis bezocht, het mausoleum van Mao bekeken en nog veel meer. Dit keer houden we onze ontdekkingen van de hoofdstad wat meer low key. We slenteren door de hutongs, huren een fiets en eten goed en goedkoop. Zo belanden we op een avond bij een Islamitisch restaurant niet ver van het plein van de Hemelse Vrede. De menukaart is in het Chinees en nog voor we onze menu kaart tevoorschijn kunnen halen om door te tekens te vergelijken uit te puzzelen wat voor gerechten erop staan neemt de serveerster al actie. Ze trekt hier en daar het bord onder de neus van de andere gasten vandaan en laat ons zo zien wat ze in de aanbieding heeft. We kiezen de gerechten uit die ons het meest smakelijk lijken en genieten van een heerlijke maaltijd. Geen van de andere gasten lijken zich te storen aan deze werkwijze.

China-5-008China is een fietsland bij uitstek, bijna iedereen lijkt zich hier per fiets te vervoeren en men vervoert vaak de halve familie en de hele inboedel mee op de fiets. We besluiten dan ook ons per fiets door de stad te verplaatsen. In de buurt van het hotel vinden we een man die fietsen verhuurd. Hij neemt ons mee naar een achterafstraatje waar een klein aantal totaal verschillende fietsen tegen de muur geparkeerd staan. We hebben de indruk dat dit de fietsen van zijn familie en vrienden zijn. We kiezen de twee meest betrouwbaar uitziende modellen en begeven ons in het verkeer. Geheel ongevaarlijk is het niet om door de drukke straten van Beijing te fietsen, maar we hebben het al snel door. Als we een van de zes-baans wegen over willen steken blijkt de beste tactiek om een pact te vormen met de tientallen andere fietsers en samen de overtocht te maken. Stort je je hier solo in dan is de kans groot dat een bus of een van de 80.000 taxi’s die de stad rijk een vroegtijdig einde maakt aan de reis door China.  We rijden alsof we nooit anders gedaan en na een rondje om het plein van de Hemelse Vrede en rond de Verboden Stad hebben we smaak weer te pakken. Ondanks dat een stad als Beijing enorme aantallen niet-Chinese toeristen trekt blijven we een bezienswaardigheid en worden we flink aangestaard.

Het hoofdpostkantoor is blijkbaar onlangs verhuisd is, want waar het volgens onze reisgids moet zijn, daar is het niet. Als we het na een halve dag zoeken en vragen toch gevonden hebben vermaken wij ons de andere helft van de dag met een fraai stukje Chinese bureaucratie. Om een paar boeken, wat entreekaartjes en kleine souvenirs naar Nederland te versturen moeten we ons bij zeker acht verschillende balies melden. Een voor het inpakken, een ander voor het invullen van de douane formulieren, een aparte balie voor luchtpost, een andere balie voor post per schip en ga zo maar door. En bij iedere balie zijn we uiteraard niet de enige, enige aanleg tot voordringen komt in China goed van pas.

Gezelligheid in de hardsleeper naar PingYao

In de trein naar PingYaoNa een paar dagen hebben we genoeg van Beijing gezien en worden we nieuwsgierig naar andere delen van het land. Zo belanden we op het allergrootste trein station van Beijing als startpunt van een treinreis naar PingYao. We hebben voor het eerst een zogenaamde hardsleeper geboekt en zijn benieuwd hoe dat er uit zal zien. Het blijkt een open wagon te zijn zonder coupes. De wagon heeft links een breed gangpad met klapzitjes aan het raam en rechts open coupes met secties van 2 x 3 bedden boven elkaar. De verschillende secties worden gescheiden door een dunne tussenmand. Aan de bedden en voor de ramen hangen gezellige gebloemde gordijnen, het ziet er bijna huiselijk uit.

Bij onze bedden heeft zich al een gezellig clubje dames verzameld die vrolijk in het Chinees tegen ons beginnen te kwetteren. Na een tijdje krijgen ze door dat wij ze niet verstaan. Maar, denkt men heel slim: als ze geen Chinees verstaan dan kunnen ze het vast wel lezen. Prachtige karakters worden er in ons schriftje opgeschreven en nog steeds begrijpen die twee langneuzen er geen bal van. Met wat hulpmiddelen kunnen we uiteindelijk een beetje communiceren, door woorden aan te wijzen in de reisgids en te wijzen op de foto’s die wij meegenomen hebben van huis en familie en vrienden komen we een heel eind.  Maar toch zijn nog twee brandende vragen blijkt als uiteindelijk een van de dames aangelopen komt met een alleraardigst meisje dat Engels spreekt en voor ons kan tolken : Waar komen wij vandaan en waren gaan wij toch heen? We voelden ons net de smurfen. Al met al is het een hele gezellige boel, de vrouwtjes blijven lekker kwetteren in het Chinees, wij praten terug in het Nederlands. We spelen nog een aantal kaart spelletjes met ze en we gaan met alle dames afzonderlijk op de foto.

 Terug in de tijd in PingYao 

Het is nog erg vroeg als we in PingYao uit de trein stappen, we zijn dan ook niet al te vriendelijk tegen iedereen die ons in zijn of haar hotel wil hebben, onze gids wil zijn of zijn taxi aanbiedt. Het Guesthouse hadden we al in Beijing geboekt. Het blijkt een prachtige accommodatie te zijn: een oud Chinees pand met grote dikke stenen muren en een sfeervolle binnenplaats met rode lantaarns. Het is centraal gelegen aan de Mingstraat binnen de muren van de oude stad en men serveert er lekker eten. Onze kamer is aan de ouderwetse binnenplaats en bestaat uit een gigantisch stenen bed en een badkamer waar de douche praktisch boven het toilet hangt.

PingyaoHet ommuurde stadje Pingyao staat sinds 1997 op de Wereld Erfgoedlijst van UNESCO, en terecht. De indrukwekkende stadsmuren die het plaatsje omringen, dateren uit de Ming Dynastie en zijn wonder boven wonder nog helemaal intact gebleven. Omdat Ping Yao nog niet overspoeld wordt door toeristen worden we door Jan en Alleman begroet met een vrolijk “hello”.  De muur om de oude stad is 6 km lang en open voor publiek. We lopen om de oude stad over de volledige lengte van deze stadsmuur. Het biedt vanaf 8 meter hoogte een mooie kijk op het drukke stadje met alle steegjes en binnenplaatsen.Op veel plekken zitten mensen op straat hun waren te verkopen, veel verkopen groenten vers van het land met de kluiten aarde er nog aan. De hoofdstraten zijn geplaveid, maar alle dwarsstraatjes zijn hobbelige zandweggetjes. Er rijden geen auto’s, alleen fietsen en houten karren getrokken door paarden, ezels of met de hand geduwd. Verder lopen er koeien, geiten, kippen en ganzen rond te scharrelen. Het lijkt alsof binnen de stadsmuren tijd heeft stilgestaan.

Om vanuit Pingyao naar onze volgende bestemming Chengdu te reizen zijn we 2 dagen en een nacht bezig. Vanaf de hoofdweg net buiten de stadsmuren rijden we met een taxi naar de rand van het stadje waar we langs de kant van de weg overstappen op een minibus die terug richting het noorden naar TaiYuan rijdt. In TaiYuan lunchen we bij de plaatselijke McDonald’s waar een klein jongetje, aangespoord door zijn moeder, een Engels gesprekje met ons aangaat. Het komt niet veel verder dan het gebruikelijke waar kom je vandaan en waar ga je heen. Maar voor een klein manneke spreekt hij een aardig woordje Engels en zijn moeder zit ook vol trots naar hem te kijken.

De trein van TaiYuan zou er 28 uur over doen, maar dat worden er uiteindelijk ruim 30. Ook dit keer een hardsleeper, alleen ontbreken hier de gebloemde gordijnen en is alles een stuk ouder en viezer is dan de vorige trein. We liggen dit keer ook niet naast elkaar, een vies muurtje scheidt onze bedden van elkaar. Maik deelt zijn slaapgedeelte met 4 boeddhistische monniken die, als ze niet aan het kletsen of aan het telefoneren zijn in lotushouding zitten te mediteren. Onze medepassagiers zijn vriendelijke mensen, maar de meeste hebben wel wat minder prettige gewoontes. De meeste roken de ene sigaret na de andere en het gebruik van een vuilnisbak is niet heel gebruikelijk. De vloer van de coupe ligt dan ook binnen een paar uur vol met sigarettenpeuken, pindadoppen, noedelslierten, grote witte en groene rochels, theeblaadjes en meer.  Het toilet bezoek beperken we tot een minimum; een hurk toilet (lees: gat in de vloer) is al lastig op zich, maar als dit toilet zich in een heftig bewegende trein bevindt dan is het bijna een Olympische sport om in het gaatje te poepen zonder je kleding vies te maken. Al in de Trans Siberië Express had ik een eigen methode ontwikkeld om hier zo ongeschonden mogelijk uit te komen. Ik rol mijn broekspijpen op tot boven de knieën verder draag ik bij voorkeur plastic teenslippers, dan zijn zowel de voeten als de slippers indien nodig eenvoudig te wassen. Ook het toiletpapier wordt geprepareerd door pasklare stukjes af te scheuren die ik in mijn bh schuif voor easy acces.  Stipt om 22.00 uur gaat het licht uit en binnen no time doet de cadans van de trein zijn werk en ligt iedereen te snurken.

Chengdu 

We logeren in Chengdu in Sam’s Guesthouse. Deze Sam verhuurt kamers in een oud pand rond een traditionele Chinese tuin. Dit pand grenst aan het parkeer terrein van een keurig 2 sterren hotel. Sam verkoopt naast zijn eigen kamers de lege kamers van dit hotel. Zo komt het dat wij in een prima 2 persoonskamer met mooie badkamer, airco, tv etc logeren voor een vriendenprijsje van Y150 (ca 45.00 gulden). We krijgen de sleutel van Sam, maar de kamer wordt schoongemaakt door het personeel van het hotel.

Koken met publiek en op zoek naar panda’s

Sam organiseert ook veel excursies en Maik heeft zich ingeschreven voor kookles gebaseerd op de Sichuan keuken uit de regio hier. Hij wordt naar een koks school aan de rand van de stad gebracht waar hij in een zaal met een gigantische tribune tussen alle Chinese leerlingen mag plaatsnemen. Men heeft uitzicht op de lange werkbanken en gigantische wok branders. Eerst laat de leraar zien hoe een aantal gerechten bereid moeten worden, waarna de leerlingen naar voren mogen komen om het na te doen. De gids tolkt er intussen op los om te zorgen dat Maik het ook begrijpt. En dan mag hij zelf in het spotlicht treden en een visje wokken. De 80 paar nieuwsgierige ogen die op hem gericht zijn maken het best een beetje spannend.

China-6-010 - versie 2Net buiten Chengdu is het “Panda Breeding en Research Centre” te vinden. Het onderzoeks- en fokcentrum is opgericht in 1987 op initiatief van de lokale overheid van Chengdu en de Chengdu Zoo. Het doel is het fokken van panda’s in gevangenschap om zo het aantal weer op een niveau te krijgen en uiteindelijk het re-integreren van de panda’s in het wild. Het park beslaat een oppervlakte van 5.5 hectare. In het onderzoekscentrum leven op dit moment een kleine 30 panda’s. Per dag eet een reuzenpanda 35 kg jonge bamboe, het hele park is dan ook dichtbegroeid met bamboe. Het is dan ook even zoeken tussen de bamboe struiken voor we de eerste panda zien, maar zodra ik oog in oog sta met een Giant Panda ik gelijk verkocht. Het is liefde op het eerste gezicht, wat een hoge aaibaarheidsfactor hebben deze dieren.

De volwassen panda’s leven in een ommuurde tuin die aan hun nachtverblijf is aangelegd en hebben hierdoor behoorlijk wat leefruimte. De meeste panda’s zitten in een relaxte houding op een boomstam aan een bos bamboe of een appel te knagen. Er staan geen hoge hekken om de verblijven dus we kunnen behoorlijk dichtbij de dieren komen. Verderop in het centrum vinden we de kraamafdeling waar de jongste panda’s te bewonderen zijn. Hier liggen pasgeboren kleintjes van slechts enkele centimeters groot tot flinke baby’s van twee maanden oud in de couveuse. Ze zijn zo mogelijk nog schattiger dan de grote panda’s.  Net buiten de kraamafdeling lijkt het wel de kleuterklas van het centrum: op een houten klimrek liggen vijf jonge Panda’s te stoeien. Ze zijn een stuk energieker dan de volwassen panda’s die we als eerste gezien hebben.

Terug in de stad bezoeken we de Wenshu tempel, deze tempel wordt druk bezocht door mensen die er kaarsen en wierook branden. Men maakt er echt een dagje uit van en legt een kaartje in een van de tuinen of hangt onderuitgezakt op een bamboestoel thee te lurken in het beroemde theehuis waar men de heerlijkste vegetarische gerechten serveert.

We zijn nu ruim een week in China en beginnen al aardig te wennen aan alle dingen die de eerste keer nog erg raar waren.

Zo heb je hier in China de volgende verkeersregels:

Je hebt ALTIJD voorrang! (je krijgt het nooit, je moet het nemen)

Zebra paden zijn er ter decoratie.

Spookrijden is toegestaan mits je flink toetert en met je lichten seint.

Toeters moeten om de 100 meter getest worden

idem voor fietsbellen.

De omgangsvormen zijn in China erg relaxt : Als je een langneus ziet roep je “Hello” als hij Nihao terugzegt ga je heel hard giechelen. Heb je een beetje last van slijm dan schraap je je keel met alle kracht die je in je hebt en mik het projectiel met volle kracht tussen de voeten van de persoon die voor je loopt. Vuilnis gooi je nooit en te nimmer in een vuilnisbak (ze bestaan nl wel) maar dit werp je op straat of uit het raam. Eten doe je met veel geluid, als er niet geboert, geslurpt of gesmakt wordt kun je ervan uitgaan dat het niet te eten was. Je kunt hier trouwens overal van de vloer eten, want er ligt genoeg.

Giant Buddha en Nine eleven in Leshan 

Leshan is een kleine stad – drie en half miljoen inwoners noemt men in China klein – in het Zuid Westen van China. Wij zijn hier met een comfortabele touringcar heen gereisd om Dafo te bezoeken, Dafo staat bekend als de grootste Buddha ter wereld. Hij is uitgehakt uit de rotsen en kijkt al honderden jaren over de rivier uit. Maar er is meer te doen in en om Leshan.

Als je in Leshan komt, kom je vroeg of laat in contact met Mr. Yang. Deze oude baas is een gepensioneerd leraar en vertaler Engels en helpt toeristen bij het regelen van tours, hotels, tickets etc. Hij opereert vanuit zijn huis dat in de Lonely Planet treffend omschreven wordt als ” a wooden hole in the wall”. Zijn vrouw kookt en serveert hier heerlijke pittige gerechten die ondanks het Engelstalige menu toch voor Chinese prijzen verkocht worden.  Mr Yang organiseert zelf trips naar het nabij gelegen platteland en zo komt het dat wij een dagje op stap gaan met deze bij toeristen beroemde burger van Leshan. De dag begint vroeg met een ontbijtje van Mrs. Yang en een busrit tot buiten de stad. Hier stappen we over op een fietstaxi waardoor we een kwartier lang tegen het achterhoofd van een zwoegende en zwetende chinees kijken. Deze brengt ons naar het dorpje Suji dat in een prachtige groene omgeving ligt. We beginnen onze dag in dit charmante plaatsje op de markt. Mr. Yang vertelt ons van alles over de producten die hier verkocht worden.

Spelletje Ma JiangWe stoppen ook bij een kalligrafeer artiest die onlangs zijn hoofd gestoten heeft, op zijn bijna kale knar prijkt namelijk een knoeperd van wit verband. Zijn kunst is er niet minder om; hij kalligrafeert met prachtig sierlijke tekens een persoonlijke wens voor ons op een groot stuk papier. Kalligraferen is een erg moeilijk vak dat jaren oefening vereist en staat in behoorlijk hoog aanzien in China. Iets verder buiten het dorp zitten verschillende noedel fabriekjes waar hele families met nogal antieke apparatuur noedels draaien. Als de slierten gesneden zijn worden ze over grote bamboe stellingen opgehangen om in de zon te kunnen drogen. Daarna worden ze klein gesneden tot de maat van spaghetti en gebundeld om op de markt of elders verkocht te worden. Na een heerlijke lunch wandelen we door de oude straatjes van het dorp, de meeste huizen zijn zo’n 500 jaar oud en hier schijnen veel filmopnames gemaakt te worden. We drinken er lekkere thee in een ouderwets thee winkeltje en slaan wat thee in voor thuis. We leren deze dag ook nog iets. Mr. Yang neemt ons mee naar een van de prachtige houten huizen om kennis te maken met de familie die hier al tientallen generaties woont. Men nodigt ons uit een spelletje MaJiang te spelen. Als ons de regels uitgelegd worden blijken die redelijk eenvoudig te zijn. De moeilijkheid zit ‘m voor ons in het lezen van de Chinese karakters op de stenen. We spelen heel wat rondjes voor we het een beetje onder de knie hebben.

Die avond zappen we wat langs de vijf Chinese kanalen die onze tv in het Post hotel rijk is. We blijven hangen bij een Chinese nieuwszender waar we een raar ongeluk zien gebeuren, een vliegtuig vliegt tegen een van de Twin Towers in New York. Het verbaast ons en we zijn benieuwd wat de omvang van de schade is van dit rare ongeluk, maar we kunnen alleen Chinese zenders ontvangen en moeten het dus doen met de beelden. Pas de volgende dag in het internet cafe komen we erachter wat er werkelijk gebeurt is in New York op 11 september 2001.

Een hele grote Buddha

China-6-035De Buddha kijkt zoals al gezegd uit over de rivier en het beste uitzicht heb je dan ook vanaf een boot. Het duurt even voor we de juiste boot te pakken hebben, allerlei dametjes met breiwerkjes in hun hand jagen ons de hele haven door op zoek naar de juiste boot. De ouwe trekschuit waar we uiteindelijk op belanden moet de eerste meters flink tegen de stroming in vechten en het eerste zicht op Buddha is dan ook erg snel voorbij. Het gevaarte is zo’n 71 meter hoog, we lezen dat men er 90 jaar over heeft gedaan om hem uit de rotsen te hakken. En dat was wel wat jaartjes terug : 713 na Christus. Om een idee te geven hoe groot hij is : zijn oren zijn 7 meter lang en je kunt met gemak met vier personen een picknick houden op de nagel van zijn grote teen ! Het maakt behoorlijk wat indruk als je daar in een heel klein bootje voorbij vaart, net als alle Chinese toeristen fotograferen we er lustig op los.

Yangtze River Cruise 

Met een typisch Aziatische lange-afstand-ouwe-brik-boemelbus rijden we in 6 uur van Leshan naar Chongqing waar we aan boord gaan van een cruise schip voor een drie daagse tocht over de beroemde Yangtze River. De reden dat deze cruises zo populair zijn, zijn de drie kloven waar de schepen doorheen varen. De Chinese regering is enkele jaren eerder begonnen aan het bouwen van de Drie Kloven Dam, een mega project om veelvuldige overstromingen in dit gebied tegen te gaan. De kosten van de bouw gaan een slordige 20 miljard US dollar kosten. De laatste jaren zijn deze cruises alleen maar populairder geworden omdat de voltooiing van deze dam steeds dichterbij komt. Als de dam nl af is zal er een meer laat ontstaan van 500km lengte. Het waterniveau in de rivier zal zo’n 175 meter stijgen en hierdoor verdwijnen er tientallen dorpen langs de oevers. Men is al begonnen met het ontruimen van veel van deze dorpen en her en der langs de oever zien we verlaten huizen en zelfs hele verlaten dorpen. Het totaal aantal mensen dat zal moeten verhuizen wordt geschat op 1.5 miljoen. Uiteraard verdwijnen dan ook grote delen van de beroemde kloven die nu nog in alle pracht te zien zijn.

China-7A-009Aan boord van de boot, het is met de grootste fantasie geen cruise schip te noemen, nemen wij onze intrek in een 2e klas hut. Dat blijkt een ruimte te zijn van 2 bij 3 meter met 3 oude doorgezakte bedden, een bureautje waarvan het kastje alleen nog in trek is bij de kakkerlakken die er wonen. Daarnaast een kleine wastafel waar koffiebruin water uit de kraan komt , toevalligerwijs dezelfde kleur als de rivier. De hut heeft tv en airco dus men heeft hun best gedaan er wat van te maken. Het raam aan de buitenzijde van het schip is vooral de moeite waard. Afgezien van dat leuke wastafeltje zijn er verder geen sanitaire voorziening, voor het douche en het toilet zijn we aangewezen op de gemeenschappelijke ruimtes en die zijn niet fraai. De doucheruimte ziet er uit zoals ik me de doucheruimte in een zwaar bewaakte gevangenis in een Oost Europees land ten tijde van de koude oorlog voorstel: een grote gore ruimte met een paar roestige kranen waar je gezamenlijk kan douchen en je tegelijkertijd af kon vragen wat de originele kleur van tegeltjes ooit moet zijn geweest. Nu zijn ze in ieder geval een mengeling van urine geel, roest bruin met bloedrode accenten. De toiletten zijn een beetje van hetzelfde. We weten inmiddels dat men in China graag samen naar het toilet gaat. De openbare toiletten bestaan dan ook altijd uit een lange goot waar water, urine of meer doorstroomt en waar op gelijke afstanden wat kleine tussenschotten geplaatst voor een soort van “privacy”. Om hier te kunnen plassen moet je over de goot heen hurken, veel van onze Chinese medepassagiers doen dit moeiteloos terwijl ze gezellig met elkaar kletsen. Omdat men blijkbaar met urine dweilt is de stank letterlijk adembenemend. Het lukt me om de hele reis niet te hoeven poepen, blijkbaar was de aanblik van het toilet genoeg om die aandrang te blokkeren.

Verstekeling in onze hut

Op de eerste avond aan boord van het schip ontmoeten we de derde bewoner van onze hut. Ik zit in kleermakerszit op mijn bed in mijn dagboekje te schrijven als ik iets in mijn ooghoek zie bewegen. Ik kijk omlaag langs de rand van het bed naar de grond en daarmee recht in de ogen van een enorme rat die net zijn snuit van onder mijn bed vandaan steekt. De kapitein op de brug moet me gehoord hebben, zo hard is de gil die mij spontaan ontsnapt. Aan de korte blik op zijn enorme snuit kan ik niet anders dan concluderen dat het hier om een heeeeele grote rat gaat. Het duurt die nacht heel, heel lang om een onrustige slaap te vatten met dromen over monsters onder mijn bed.

De volgende ochtend stapt er om 07.00 uur, zonder te kloppen, een dametje de hut in die het grote licht aandoet, met harde stappen naar de tafel loopt en de thermoskan met heet water bijvult. Vervolgens veegt ze zonder zich iets aan te trekken van onze slaperig bezwaren nog even met de bezem door de hut.

Die dag voeren we niet veel uit, we slenteren over het dek, plassen samen met onze Chinese medepassagier in de goot en doen een uitstapje aan wal om wat proviand in te slaan. De culinaire kwaliteiten van de kantine liggen namelijk erg laag. Ieder dag hetzelfde voor zowel de lunch, het diner als het ontbijt.

Varen door de beroemde kloven

Op een ochtend worden we, ditmaal wel op ons verzoek, vroeg gewekt. Om half zes klopt een gids op onze deur om de eerste van de drie kloven te gaan zien. Als we op het voordek komen word het net licht en trekken de ochtendnevels langzaam uit de kloof omhoog. Het geeft een mysterieus aanzien aan dit indrukwekkende natuurverschijnsel.

Aan het eind van de kloof meren we aan in Wushan waar we om overstappen op kleinere bootjes voor een tocht over een zij-rivier van de Yangtze door de drie kleine kloven. Omdat deze zij-rivier veel smaller en ondieper is maken de steile rotswanden des te meer indruk. De natuur is hier prachtig en de lucht lijkt wel helder. Het ziet eruit alsof de laag smog die altijd over China lijkt te hangen hier even weg is. We genieten van de boottocht door het heldere water en zien de mooiste vogels en zelfs wat apen. Ons gezelschap bestaat naast ons en onze Australische buren louter uit Chinezen die tot een tour-groep behoorden. Laatstgenoemde zien er behoorlijk onnozel uit door de grote zonnekleppen die men draagt. We maken een stop, waar we vanaf de wal een trap oplopen en met alle andere toeristen van de diverse schepen achter elkaar een pad aflopen langs kraampjes met souvenirs. Aan het eind van het pad nemen we de trap weer omlaag naar een kiezelstrand aan rivier waar allemaal partytenten staan, waar eten verkocht wordt. We  proberen een lokale specialiteit : pikante aardappels op een stokje, zeer smakelijk.

Eenmaal terug op de grote boot gaat de tocht verder door de grote kloven, deze vallen na de tocht door de kleine kloven een klein beetje tegen. De natuur is op Yangtze rivier lang niet zo mooi als langs die van de kleine kloven. Wel zitten we heerlijk op het voordek in de zon, en kletsen wat met de Australiërs uit de hut naast ons. Zij zijn naast ons de enige niet Chinese passagiers.  Na 3 nachten hebben we meer dan genoeg van onze trekschuit en nemen van afscheid van onze buren en snoeren we de rugzakken weer om om in YueYuang aan wal te gaan.

YueYang 

Ons oorspronkelijke plan is om deze plaats gelijk na de cruise per trein weer te verlaten, maar  het kantoor waar wij de treinkaartjes willen boeken blijkt gesloten te zijn.  Bovendien bevalt het stadje ons wel, dus we besluiten een nacht te blijven. We vinden een leuk hotelletje met een balkon met uitzicht op de Yangtze River en een mooie tempel.

Als we de treinkaartjes uiteindelijk te pakken hebben gaan we op zoek naar een kapper voor Maik. Bij de eerste die we binnen stappen willen de kapsters onder geen beding Maik onder handen nemen, het is blijkbaar een dames kapsalon. Na veel gegiechel brengt een van de dames ons naar een kapper verderop in de straat. Deze man heeft geen problemen met het knippen van Europees haar en gaat lekker aan de slag. Eerst knippen en dan wassen afgesloten door een hoofdmassage. Het resultaat is een hoofdhuid vol rode plekken, een Chinees kapsel en 6.00 gulden minder in de knip.

De trein van YueYang naar Guillin blijkt een van de gruizigste; het is er vies en rokerig. De medepassagiers vallen gelukkig mee. We arriveren vroeg in de ochtend op het station van Guilin. Binnen tien minuten weet een vrouw ons te ronselen voor een rit met de sleepersbus, waarvan de passagiers net wakker worden, we rijden het laatste uur met ze mee naar onze bestemming: Yangshuo.

Schnitzels  in Yangshuo 

Deze plaats is heerlijk na Rusland, Mongolië en een paar weken China. Yangshuo leeft van het toerisme en de hoofdstraat is dan ook een aaneenschakeling van guesthouses, eethuisjes, souvenirshops en illegale cd winkels. Het is echt een verademing om na weken van rijst en roergebakken eten een ordinaire schnitzel met friet te kunnen bestellen. We vinden een zeer mooie en betaalbare kamer in hartje centrum.

Het dorp ligt in een prachtige omgeving nabij Guilin dat bekend staat om de karststenen heuvels. Dit landschap lijkt sterk op dat van Halong baai in Vietnam en de Andaman zee nabij Phuket in Thailand, van die groene pieken die als grote puisten uit een verder vlak landschap omhoog rijzen. Maar hier dan niet op het water, maar op land. We doen het heerlijk rustig aan; een enkele excursies, een beetje fietsen en wat rondgehangen bij het zwembad.

China-8-013Zo gaan we met een lokaal boemelbusje naar Xingping dat een uurtje van Yangshuo aan de Li rivier ligt. Het is zoals altijd weer eens zeer zwaar beladen busje, een stelregel in China en de rest van Azie : als jij denkt dat er echt niemand meer bij kan dan ben je net op de helft. We bereiken Xinping net op tijd voor de markt en de lunch. Na de lunch worden we via een zijpad het dorp uitgevoerd naar een zeer geheime opstap plaats, omdat er die dag gemeente ambtenaren uit Guilin over zijn om de boten te inspecteren worden wordt ons vertelt. De lokale regering wil graag alle boottochten op de Li rivier met hele grote boten uit gaan voeren die 3 keer zo duur worden en waar veel meer passagiers op kunnen, het toerisme heeft de toekomst. De schuit waar wij in geladen worden is veel te klein voor het aantal passagiers en toeft mede daardoor met een gangetje van zo’n 10 km per uur de rivier op. Het is minstens 35 ºC en op deze manier is elke hoop op een zuchtje wind natuurlijk uitgesloten. Het gedeelte van de Li rivier dat wij bevaren schijnt het mooiste stuk te zijn en dat kan best kloppen. We hebben continu uitzicht op die prachtige heuvels die aan het eind van de middag hele mooie schaduwen in het water maakte. Wij hebben het snikheet aan boord en kijken jaloers naar de vele waterbuffels die heerlijk in de rivier staan te badderen en te grazen, prachtig gezicht. Na een korte stop bij een klein dorp aan de rivier stappen we weer aan boord van het schip. Dit keer gaan op de rand van het dek zitten met onze voeten in het water, dat brengt wel de nodige verkoeling.

Tijdens de boottocht over de Li rivier ontmoeten we Bob en Karin uit Antwerpen, we spreken met hen af om die avond samen wat te gaan eten in Yangshuo. Het klikt goed, we hebben een gezellige avond en maken gelijk plannen voor de volgende dag om samen naar de rijstvelden van Longji nabij Lonscheng te gaan.

Vrouwen met lang haar bij Longsheng

China-7B-017We rijden er met een afgehuurde taxi heen die er zo’n 4 uur doet over een afstand van nog geen 150 km. De weg is voor een groot deel fenomenaal slecht.  Bij aankomst op het parkeerterrein worden we onmiddellijk belaagd door een groep dames in mooie kleding die ons een paraplu boven het hoofd houden tegen de zachte regen die op ons neervalt. Het ziet er van een afstand vast grappig uit: wij 1.75 – 1.80 meter en zij 1.50 meter, met uitgestrekte armen een de paraplu boven onze hoofden proberen te houden. Twee van hen volgen ons als we tussen de rijstterrassen doorwandelen, we wandelen over een glibberig stenen pad dat kris kras door een heel leuk dorpje en de rijstvelden gaat. Het gehele terrein beslaat zo’n 66 vierkante kilometer en de terrassen schijnen al 650 jaar oud te zijn. We zijn blij dat de twee paraplu vrouwtjes ons volgen, want zonder hen is het moeilijk de juiste weg te vinden. Iedere bocht die we omgaan geeft weer een ander uitzicht op de terrassen die trapsgewijs in hele grillige vormen schitterend tegen de berg aan gebouwd zijn. Het is indrukwekkend om te zien.

De paraplu vrouwtjes zijn uiteraard van plan het een en ander aan ons te verkopen, helaas voor hen zijn wij niet geïnteresseerd in geborduurde lappen stof of zilveren armbanden. Uiteindelijk bieden we ze wat handel door tegen betaling een foto van ze te maken terwijl zij hun prachtige haar losknopen. Deze dames van het kleurrijke Yao volk staan bekend om hun ontzettende lange haar. China-7B-025(E)_2Ze halen de mooie knot op hun hoofd los en laten het haar zakken, het raakt met gemak de grond. Daarbij komt er nog een lange staart los haar vrij,  de dames maken met handbewegingen duidelijk dat dit afgeknipt haar is.  Alles bij elkaar toch wel zo’n vier meter haar per persoon. De rijstterrassen vormen een schitterende achtergrond voor de foto’s die we van ze maken. Na een heerlijke lunch in een van de typische houten huizen van het dorp gaan we bergafwaarts om over een andere, maar niet veel betere, weg terug te rijden naar Yangshuo.

Hijgend de heuvel op

China-8-004We huren in Yangshuo een paar blitse fietsen om de omgeving om de omgeving te verkennen. We rijden langs de redelijk rustige doorgaande weg naar de beroemde Moon Hill. Deze karststenen heuvel heeft vlak onder de top een groot maanvormig gat, waar het zijn naam aan ontleent.  Naar boven klimmen blijkt best zwaar, als we alle 1250 treden beklommen hebben staan we te hijgen als een pony paard met astma. Het uitzicht is het echter allemaal waard, vooral omdat je door dat gigantische gat heen over de omgeving uitkijkt wat een heel apart perspectief geeft. Eenmaal weer beneden slaan we een pad in dat ons op de fiets door de rijstvelden brengt, wat een rust. We peddelen heerlijk door door boerengehuchten, langs rijstvelden en langs kuddes waterbuffels. De weg loopt nagenoeg dood in een van die gehuchten, het hele dorp loopt uit om ons verder door de boomgaarden te sturen maar het pad houdt echt op en de eind van de middag nadert dus we rijden weer terug naar de grote weg. Helemaal gaar, met onze tong op de tenen en met een zeer pijnlijk achterwerk bereiken we Yangshuo waar we onszelf belonen met een lekkere douche en een shepards pie.

De laatste dag in Yangshuo luieren we bij het zwembad van een van de betere hotels van het dorp. Helemaal uitgerust en opgefrist stappen we die avond samen met onze nieuwe vrienden uit Antwerpen in de sleeperbus naar Shenzen. Een sleeperbus is een touringcar met aan beide kanten tweepersoons stapelbedden die net groot genoeg zijn voor twee. Twee Chinezen weliswaar, want wij hebben moeite om er met onze grote Hollandse lichamen in te passen. We liggen als sardientjes in een te klein blik en van slapen komt weinig. s’Morgens worden we gewekt door een haan die vanonder een van de bedden voorin de bus kraait. We hebben de hele rit niet doorgehad dat deze passagier ook aanwezig was.

Shenzen is het laatste stukje China voor Hong Kong. We nemen vanaf het busstation een taxi naar het treinstation wat de feitelijke grens met Hong Kong aangeeft. Hier staan we met onze veel te zware rugzakken op ons rug in een gigantische rij staan die ons te voet over de grens voert. Het vreemde is dat Hong Kong officieel bij China hoort maar geen visumverplichting heeft, ons visum voor China werd dan ook afgesloten en terug is er niet meer bij.

Cultuurshock in Hong Kong 

Het is een kleine cultuurschok als we de trein naar Kowloon instappen: deze heeft airconditioning en biedt toeristen handige Engelstalige informatie, de passagiers spugen niet op de grond en staren ons niet aan. De taxi vanaf het station naar het centrum is ook al zo’n openbaring, niet alleen rijdt deze links maar we worden vriendelijk verzocht onze veiligheidsgordels om te doen, geen twijfel meer mogelijk : we hebben China verlaten.

Scary Mansions

China-9-005Voor de deur van Chungking Mansions nemen we voorlopig afscheid van Bob en Karin die zo verstandig zijn om elders een kamer te zoeken. Chungking Mansions is namelijk een nogal naargeestige plek: het is een gigantisch oud en vies vervallen gebouw met een tig-tal goedkope guesthouses en evenzoveel Indiase restaurants. De posters in de gang over het bestrijden van ratten vertellen ons eigenlijk al genoeg, maar omdat dit eigenlijk de enige centrale plek in deze dure stad is voor een goedkope slaapplaats stappen we toch naar binnen. Het hok dat we uiteindelijk huren is een vochtig hol zonder raam en een toilet met een douche kraan met alleen koud water. Voor de deur van het gebouw hangen allerlei vage types rond die van alles aanbieden, van horloges en tandoori chicken tot op maat gemaakte pakken. De zwijgzame Afrikanen van 2.10 meter in hun lange kaftans in de veel te kleine lift maken de onaangename sfeer helemaal af.

We gaan gelijk op pad voor een ticket naar Australië.  We nemen de Star Ferry naar de overkant naar Hong Kong Island waar het American Express kantoor te vinden. Vanaf het water hebben we een prachtig uitzicht op de skyline van Hong Kong. We zijn vrij snel klaar met de reservering, men heeft een aanbieding met Philippine Airlines via Manilla die de helft goedkoper is dan alle andere maatschappijen. Het is wel al voor de volgende avond vertrek. Dat geeft ons helaas erg weinig tijd in Hong Kong dus die besteden we dan ook maar goed. Allereerst gaan we zoek naar onze Belgische vrienden waar we een afspraak voor de volgende avond mee gemaakt hadden die we nu natuurlijk niet meer na kunnen komen. Voor ons afscheidsdiner stappen we bij een Indiaas restaurant binnen waar het personeel nog op de grond ligt te slapen als wij de deur open trekken. We eten er heerlijk en sluiten goed af met een peperdure café latte bij Starbucks. Met z’n tweetjes gaan we vervolgens weer op de ferry naar Hong Kong Island op weg naar de de bus naar de Peak Tram. Dit oude trammetje gaat een uiterst steile weg omhoog de berg op naar het uitzichtpunt op Victoria’s Peak. Wat een machtig gezicht is het om vanaf 500 meter hoogte neer te kijken op de prachtig verlichte skyline van Hong Kong Island en Kowloon. Echt adembenemend ! Op de weg naar beneden in de tram komen we een oude bekende tegen : Guy, met hem hebben we veel opgetrokken tijdens ons Trans Siberische avontuur van Moskou naar Ulan Batar. Wat een supertoeval om hem in zo’n miljoenen stad zo tegen het lijf te lopen.

3359793574_c998fd5ef9Nu de avond gevallen is zien we in Nathan road,  waar wij logeren het wereldberoemde beeld van Hong Kong : de aaneenschakeling van allerlei verschillende neonreclames die gewone straatverlichting volledig overbodig maken.

Natte voeten in Stanley

De volgende en tevens laatste dag verkennen we Hong Kong Island. Eerst rijden met de metro naar het station vanwaar de Airport Express vertrekt. Hier checken we in voor onze vlucht van die avond, waardoor we gelijk van die zware rugzakken af zijn.

Op Hong Kong island rijden hele pittoreske dubbeldekkers trammetjes, we stappen er bij een aan boord om vervolgens over te stappen op  de bus die ons over een mooie groene weg door de heuvels naar Stanley voert. Dit deel van Hong Kong is niet ver van de wolkenkrabbers en stadsdrukte verwijdert maar zo anders; mooie natuur, kleine baaien aan helder water waar we vanuit de bus prachtig uitzicht op hebben. In Stanley pootje baden we in het heldere water aan het kleine strand. Met weer een andere bus rijden we langs nog mooiere baaien en over hele smalle wegen naar Aberdeen, waar traditionele sampans in de haven liggen met hoge wolkenkrabbers op de achtergrond. Na een paar foto’s rijden we terug naar het centrum voor een snelle lunch voor we naar de luchthaven vertrekken.

De trein naar de luchthaven is al net een vliegtuig ; dames die je naar binnen begeleiden, waar je plaats mag nemen in comfortabele stoelen met een monitor voor je neus. Er komt zelfs een mannetje langs dat souvenirs verkoopt.

2 uur in Manilla

Na anderhalf uur vliegen en ieder een zakje gedroogde mango staan we al op de luchthaven van Manilla en meer zullen we van de Filippijnen niet te zien gaan krijgen. We volgen de bordjes naar transfer balie, daar dringen we op z’n chinees verschrikkelijk voor, onze  paspoorten werden gecheckt, het visum voor Australië wordt gecheckt en de handbagage gaat door de scanner. De paspoorten moeten we weer afgegeven, worden weer gecheckt en genoteerd. Met de paspoorten in de hand gaat een beambte samen met ons in de lift, waarna hij de paspoorten weer aan een andere man geeft, deze checkt ze weer. Weer een andere Philipino vertrekt met de paspoorten achter de schermen. Als hij terugkomt en ons de paspoorten teruggeeft mogen we naar de gate en ja hoor: ook daar controleert men de paspoorten nog een keer en schrijft men alle gegevens op voor we in een afgezette ruimte mochten mogen wachten op het vertrek.  Welkom in de wereld na 11 september.

Lees over het vervolg van de reis in het reisverslag Australië

Plaats een reactie